Na een lang beraad met Kapitein Fosse en Chief mate Wiebe is er besloten om niet te stoppen op de Bahama’s. Met pijn in ons hart natuurlijk. De lucht was grijs en de wolken donker gekleurd wat de keuze makkelijker maakte om door te varen.
Maar een vervallend plan creëert altijd kans voor een weder opkomst van een nieuw doel. Bermuda! Gang is alles! Hoe sneller wij daar zijn, hoe meer wij van het door riffen omringde eiland te zien krijgen. Echter gaat dat niet vanzelf. Onze bootsman Johan riep vanuit de topmast “topzeil neer!”. Hij vond een kleine scheur in het onderlijk, waardoor deze per direct gestreken moest worden om meer schade te voorkomen. De zon is fel en brandend rond deze breedtegraden, wat niet alleen onze huid aantast, maar ook de zeilen. De UV-straling beschadigd het doek en zijn stiksels. Op de oceaan is het schavielen van de lijnen en de zon je grootste vijand.
Na het strijken van het topzeil moesten we met een nieuw plan komen om de gewenste snelheid te behouden. Na een kort beraad besloot Wiebe de Course klaar te maken. Johan en Bouke raasden omhoog en haalden de gaskets van de course af. De bemanning bleef wat langer wakker en al onze masterskippers hielpen mee de course te zetten. “Vier uit de clew lines en bunt lines, trek de hals aan en haal de slack uit de schoot”. “Haal de schoot door! ” Met een gemiddelde snelheid van 8 knopen en een koers rond de 000 tot 005 proberen wij een strategische plek te vinden tussen alle drukgebieden.
Na een lange dag aan activiteiten beginnen de masterskippers met hun wachten. Ze lopen elke avond een wisselende wacht. Van 18:00 – 20:00, 20:00 – 22:00, 22:00 – 00:00 en 00:00 – 02:00 . Zo krijgen zij steeds een beetje meer mee van het zeilen met de Swan. Ze sturen het schip, controleren het deck, zetten, strijken en trimmen zeilen, controleren de machinekamer en babbelen gerust de hele avond non stop door.
De wachten beginnen, de maan laat zich zien en de verhalen over de Bermuda driehoek komen tot leven.
Over en uit 2e stuurman Martijn Boucher